Aloë Vera verzorgen

De Aloë Vera is een geliefde kamerplant, niet alleen vanwege zijn aantrekkelijke uiterlijk, maar ook vanwege de vele gezondheidsvoordelen van de gel in zijn bladeren. Deze vetplant is zeer makkelijk in onderhoud en past perfect in bijna elk interieur. Hier lees je alles over hoe je jouw Aloë Vera gezond en gelukkig houdt!

Licht

Aloë Vera is een echte zonaanbidder! Zorg ervoor dat je plant veel helder, indirect licht krijgt. Zet hem bij voorkeur bij een raam op het zuiden of westen, waar hij minimaal 6 uur per dag zonlicht krijgt. Als de plant onvoldoende licht krijgt, kunnen de bladeren slap worden of beginnen te verbleken. In de zomer kan je de plant ook buiten zetten, maar bouw dit geleidelijk op om verbranding te voorkomen.

Water geven

Een van de grootste fouten bij het verzorgen van Aloë Vera is overbewatering. Omdat het een vetplant is, slaat hij water op in zijn dikke bladeren. Laat de grond tussen waterbeurten volledig opdrogen. In de lente en zomer, de groeiperiode, geef je de plant ongeveer eens per twee weken water. In de herfst en winter, wanneer de plant minder groeit, kun je de watergift verminderen naar eens per maand. Zorg ervoor dat overtollig water goed kan weglopen, want natte wortels kunnen snel gaan rotten.

Grond en pot

Gebruik goed doorlatende grond, zoals een potgrond speciaal voor cactussen of vetplanten. Aloë Vera houdt ervan dat het water snel wegloopt, dus een pot met drainagegaten is essentieel. Een zware kleigrond of een pot zonder drainage zal ervoor zorgen dat de wortels in water blijven staan, wat wortelrot kan veroorzaken.

Temperatuur

Aloë Vera gedijt het beste bij kamertemperaturen tussen de 18 en 25 graden Celsius. Zorg ervoor dat hij niet blootgesteld wordt aan temperaturen onder de 10 graden, want dat kan schadelijk zijn. Als je de plant buiten zet in de zomer, zorg er dan voor dat hij bij koudere nachten weer naar binnen wordt gehaald.

Voeding

Hoewel Aloë Vera niet veel voeding nodig heeft, kun je tijdens het groeiseizoen (lente en zomer) af en toe vloeibare cactussen- of vetplantenvoeding toevoegen. Doe dit ongeveer eens per maand. Vermijd bemesting in de herfst en winter, want dan is de plant in rust.

Verpotten

Aloë Vera groeit niet snel, maar als de plant te groot wordt voor zijn pot, kan verpotten nodig zijn. Meestal gebeurt dit om de paar jaar. Kies een pot die een paar centimeter breder is dan de huidige pot en gebruik verse, goed doorlatende potgrond. Verpot bij voorkeur in de lente, wanneer de plant actiever groeit.

Bladverzorging en snoeien

Als je bladeren ziet die bruin of beschadigd zijn, kun je deze voorzichtig afsnijden met een schoon, scherp mes. Dit stimuleert nieuwe groei en zorgt ervoor dat de plant er gezond uitziet. Omdat Aloë Vera langzaam groeit, is regelmatig snoeien niet nodig. Als je echter de gel uit de bladeren wilt gebruiken, knip dan het onderste blad af, waar het meeste sap in zit.

Voortplanting

Aloë Vera maakt vaak kleine “babyplantjes” aan de basis van de plant. Deze kunnen voorzichtig worden verwijderd en in hun eigen pot worden gezet. Wacht tot de baby’s minstens 5 cm groot zijn voordat je ze verpot. Geef ze vervolgens dezelfde zorg als de volwassen plant.

Veelvoorkomende problemen

• Wortelrot: Dit gebeurt als de plant te veel water krijgt. Laat de grond volledig uitdrogen tussen de gietbeurten door en zorg voor goede drainage.

• Slappe bladeren: Dit kan een teken zijn van te weinig licht of overbewatering.

• Bruine bladeren: Bruine randen of vlekken kunnen duiden op te veel direct zonlicht of droge lucht.

Aloë Vera als medicinale plant

De gel uit de bladeren van de Aloë Vera staat bekend om zijn kalmerende en genezende eigenschappen. Het wordt vaak gebruikt voor de verzorging van kleine brandwonden, snijwonden en insectenbeten. Let er wel op dat de plant enkel voor uitwendig gebruik is, aangezien de gel in de bladeren voor sommige mensen huidirritaties kan veroorzaken.